Deel hebben aan de Goddelijke natuur.
In zijn tweede brief aan de gelovigen in Klein Azië wijst de apostel Petrus op de kostbare en zeer grote beloften die zij door het geloof ontvangen hebben. Waartoe? Om deel te hebben aan de goddelijke natuur van barmhartigheid, liefde, trouw, vergevingsgezindheid en nog veel meer; om zo te ontkomen aan het verderf, dat de wereld beheerst.( 1:4). En hij adviseert de gelovigen zich des te meer in te spannen om hun roeping en verkiezing waar te maken (1:10).

Vooral de woorden: Span U daarom des te meer in (NBV); of Beijvert U daarom des te meer (NBG) vragen onze aandacht. Ze lijken haast in strijd te zijn met begrippen zoals in geloof ontvangen of wachten op Hem, of leven vanuit de genade.
Bij David zien we al ons antwoord in zijn geloofsuitspraak, zijn verlangen en zijn begeerte, waarvoor hij andere dingen in zijn leven wil achterlaten: “Eén ding slechts begeer ik: te verblijven in het huis des Heren’ (Psalm 27:4). Ja, maar David, dat is wel mooi en prachtig, maar er moet toch ook gewerkt en bestuurd worden. Maar het prachtige van zijn verlangen dicht bij zijn God te zijn is dat God hem in alles nabij is en verlost, vergeeft, en wijsheid schenkt. Zelfs als hij de fout ingaat staat God aan zijn zijde. Hoe kan dat? Omdat Hij niets buiten God om wil doen, ook als hij er de macht toe heeft. Het gevolg is dat David tot op de dag van vandaag een inspiratiebron is voor zeer velen; naar Christus toe. En wat is dan het werk van David? Het werk van David is het wachten op God en het blijven in Hem in een bijna ononderbroken gemeenschap met zijn Heer. Zo leidt zijn gemeenschap met God tot groeien in geloof.

Ook Paulus spreekt in zijn brief aan de Filippenzen heel helder over zijn inspanning die gericht is op de eigen persoonlijke ontwikkeling naar God toe. Ook als voorbeeld voor de Filippenzen: ” Ik vergeet alles wat achter mij ligt. Ik heb alles prijsgegeven om Hem, de Christus, te kennen en de kracht van zijn opstanding en de gemeenschap aan zijn lijden. Ik jaag, ernaar ten volle deel te hebben aan de opstanding van Christus. Waarom? Opdat Christus zal worden groot gemaakt in mijn lichaam, hetzij door mijn leven, hetzij door mijn dood. Want het leven is mij Christus en het sterven gewin. (1:20,21; en 3:10-14). Jullie, Filippenzen, blijft uw behoudenis bewerken met vreze en beven”.(2:12).
Ook Christus zelf wordt de Leidsman van onze behoudenis genoemd (Hebr. 2:10).

Wat is het toch prachtig dat het kostbare geloof dat we ontvangen hebben, allereerst en bovenal in ons eigen leven voor God vrucht mag en zal opleveren. En juist die vrucht, die groeit in onze navolging van Christus, omdat wij -om het met de woorden van Petrus te zeggen- door het geloof begiftigd zijn met kostbare en zeer grote beloften. Waarom? Om deel te hebben aan de goddelijke natuur.(2 Petr. 1:4) om met Hem dienstbaar te zijn aan anderen, als Gods eigen zonen en dochters. (Rom.8:29 en 30). Wat goed is het te weten dat God ons in die ontwikkeling terzijde staat door zijn Geest. In de gelijkenis van de talenten zien we iets van die activiteit om Gods gaven ten nutte te maken. En -heel belangrijk- juist die innerlijke verdieping en versterking van ons geloof zijn bepalend voor de kracht voor onze zorg en liefde voor anderen. Wij mogen Gods stem zijn naar anderen toe.
Gods liefdeskracht die ons-zoals Petrus zegt- begiftigd heeft met alles wat tot leven en godsvrucht dient, zal door ons heen, de ander weten te vinden en te zegenen!
En onze inspanning zal voor alles gelegen zijn in dat wachten op en het verwachten van onze Heer. En het blijven in Gods rust zoals de wijnrank blijft in verbinding met de wijnstok. Blijven in Hem is ook blijven in zijn liefde jegens de ander. En, om nog één werkwoord te noemen, wij ons door onze Vader laten vormen. Naar zijn beeld.

Kerntekst.
Wacht op de Heer, wees dapper en vastberaden, ja, wacht op de Heer.
Psalm 27:14.

Lied.
U komt stilheid toe, een lofzang
o God in Sion.
Tot U komt al wat leeft )
Hoorder van het gebed. )2x

Zalig hij, die Gij verkiest, Heer
en doet naderen
opdat hij wone bij U, )
wone in uw huis. )2x

Daar wordt hij door U verzadigd
met al het goede.
O God van ons heil, )
heilig is uw huis. )2x

Gebed.
Vader, wat een perspectief geeft U aan uw volk. U herschept de uwen naar uw beeld en gelijkenis tot uw zonen; mensen, die deel hebben aan de goddelijke natuur.
Hoe schitterend is dat. Daarom willen wij U steeds de eerste plaats geven. En alle ruimte in ons hart. Vormt U ons Vader naar uw bedoeling. Opdat wij uw werken kunnen doen. Tot eer van uw naam.