Opstandingsleven, krachtig en fris.

Wat is het toch prachtig dat het sprankelijk opstandingsleven van Christus ons leven verlicht. Jesaja bereidt ons al voor: “Sta op, wordt verlicht, want uw licht komt en de heerlijkheid van de Heer gaat over u op. Want zie, duisternis zal de wereld bedekken…maar over u zal de Here opgaan en zijn heerlijkheid zal over u gezien worden.” (60:1,2). En de apostel Paulus zegt, dat ons nieuwe opstandingsleven voortkomt uit dezelfde kracht die Christus uit de doden heeft opgewekt.(Rom.6:4); en dat is een leven waarin mensen ook als ze oud zijn nog krachtig en fris zijn in hun spreken over Gods waarachtigheid (Psalm 92:15,16 NBG vertaling).

Het bijzondere van de opstanding in ons persoonlijk leven is de verandering van heerschappij over ons leven. Voordat wij tot geloof kwamen leefden wij onder de heerschappij van de wet met zijn regels en wetten als slaven van de zonde die ons vervreemden van God. Maar gelukkig, thans zijn we door de gave van het geloof in onze levende Heer, onder een andere heerschappij gekomen: de heerschappij van de genade.
Eerst had schuld te maken met straf, maar thans zal de liefde van God de boventoon voeren waar ons opstandingsleven wordt gekenmerkt door geven en vergeven. In het Onze Vader gebed klinkt dat duidelijk door; “En vergeef ons onze schulden, gelijkerwijs -net als U bij ons doet- vergeven wij hen die ons iets schuldig zijn”. En zo vormen wij door Gods Geest een koninklijk priesterschap en daardoor een heilige natie, een volk dat het eigendom is van God in Christus. (1Petr.2:9). De heerschappij van de genade betekent niet dat je vrij bent om te doen wat je maar wilt. We zijn tot opstandingsleven gekomen om in Christus door de prediking en het onderwijs in Gods huisgezin geestelijk te groeien tot volwassen gelovigen om door onze toewijding aan Hem en aan elkaar ook meehelpen om onze medegelovigen toe te rusten tot dienst aan anderen.(Ef.4:6). Je kunt het vergelijken met een huisgezin waar de oudere kinderen, de jongere helpen en voor te leven. Dat lezen we ook in Handelingen 2:41-47 en 4:32-37
het allereerste huisgezin van God. Goed om dat eens -biddend- te lezen. Daar gaat het om. God zoekt onder ons te wonen in zijn huis; de tempel Gods van vlees en bloed. Psalm 132 zingt daarvan: Want de Heer heeft Sion verkozen en als woonplaats begeert: Dit is, voor altijd, mijn rustplaats, Hier verlang Ik te wonen (vers 13,14). Een huisgezin van God. Is dat niet de hemel op aarde? Is dat niet Gods etalage voor alle mensen? De hemel is niet hoog en ver weg maar onder ons. In Sion. In het zondagse samenzijn ervaren wij dit in de onderlinge saamhorigheid en dienst aan elkaar. En de uitnodigende werking daarvan. En de kracht en de frisheid van het opstandingsleven. Ook bij hen die al oud zijn, en wij uit hun mond Gods grootheid en waarachtigheid vernemen!
Wat prachtig dat de profeet Jesaja reeds 700 jaar vóór Christus getuigd heeft van het licht van God. In de nieuwe bijbelvertaling lezen we in Jesaja 60: 1-3: “Sta op en schitter; je licht is gekomen, over jou schijnt de luister-de heerlijkheid-van de Heer. Duisternis bedekt de aarde en donkerheid de naties, maar over jou -de gemeente van Jezus Christus, u en ik- schijnt te Heer, zijn luister is boven jou zichtbaar. Volken laten zich leiden door jouw licht, koningen door de glans van jouw schijnsel.” Het hele hoofdstuk staat boordevol met schitterende beloften. Voor zijn volk, voor jou en mij. Neem nou vers 15 eens: “Toen jij verlaten en gehaat werd en door niemand bezocht, verleende Ik jou eeuwige roem”. Over opstandingsleven gesproken. Heel duidelijk zien wij dat het opstandingsleven van God uit gaat. God zelf heeft voor zijn wereld, voor de zijnen eeuwig leven tot stand gebracht. Hij, die zo blij is, die zo graag jouw Vader wil zijn, jou wil eren, die een feestmaal voor je aanricht. Jij, die gemaakt, geschapen bent naar Gods beeld en gelijkenis. God kan niet zonder jou, zonder zijn volk. waar jij deel van uitmaakt. Dan ben jij, dan zijn wij, Gods volk, echt opgestaan. In Christus, die dat alles volbracht heeft en ons troost en helpt op onze heilsweg. Dan behoren wij Hem toe, en door Hem tot dat koninklijke priestergeslacht waar de apostel Petrus over spreekt in zijn eerste brief aan de uitverkoren vreemdelingen in Klein-Azië, het tegenwoordige Turkije. Ja, het staat er echt: Door God uitverkoren mensen, die door veel mensen die niet veel ophadden met dat ‘Christenvolk’ vreemdelingen waren. De apostel Petrus bemoedigt de gelovigen die vaak aan vervolging blootgesteld worden.
Opstandingsleven maakt ons tot volwassen gelovige mensen die, ook als zij oud zijn, krachtig en fris van hart zijn. Waarom? Om de grote daden van God en zijn waarachtigheid te verkondigen; een Rots, in wie geen onrecht is. De apostel Petrus bemoedigt de gelovigen die vaak aan vervolging blootgesteld worden.

Kerntekst.
Van de apostel Paulus aan de christenen te Efeze.(NBG vertaling).
‘Ontwaak uit uw slaap, sta op uit de dood, en Christus zal over u stralen’
Let dus goed op welke weg u bewandelt, gedraag u niet als dwazen maar als verstandige mensen.
Gebruik uw dagen goed, want wij leven in een slechte tijd.
Wees niet onverstandig, maar probeer te begrijpen wat de Heer wil.
(Efeze 5:14-17).

Lied.
(Christus’ woord, aan zijn leerlingen, direct na zijn opstanding).

Vrede zij u, vrede zij u
Gelijk Mij de Vader zond, zend Ik ook u.
Ontvang mijn Geest, heilige Geest.
Hij zal u leiden,
Wees niet bevreesd.

Gebed.
Eeuwige Vader. Hoe onuitsprekelijk groot bent U. U vervult uw beloften in uw woord. In uw liefde voor uw volk zond U uw Zoon, die gezegd heeft: “wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien”.En wij treden U tegemoet met geloofsvertrouwen. Vader, hier zijn wij, uw kinderen. Leert U ons om de tijd die ons gegeven wordt goed te benutten, opdat wij, ook in de oude dag, uw waarachtigheid en grootheid met opstandings-kracht en jeugdige frisheid verkondigen.